Uit onze pensioenpot is dit jaar 375 miljard euro verdwenen
16 november 2022
Mirjam de Rijk
Stel dat het overgrote deel van de volwassenen in een land, Nederland bijvoorbeeld, in nog geen jaar tijd allemaal dertigduizend euro kwijt zou raken. Niet door eigen dommigheid of door een natuurramp, maar als gevolg van besluiten die door anderen werden genomen. De reactie die dat teweeg zou brengen! Ongeloof, kwaadheid, volksopstand
Oké, komt-ie. U, beste lezer, en ik, ja wij allemaal, verloren sinds de jaarwisseling gemiddeld zo’n dertigduizend euro per persoon. Er even van uitgaande dat u in loondienst bent of ooit in loondienst bent geweest – dat zijn ruim dertien miljoen Nederlanders. Het verlies zit zo. Iedereen in loondienst draagt pakweg een kwart van het brutoloon af aan de gezamenlijke pensioenspaarpot. Fijn voor later. Maar: eind vorig jaar zat in die spaarpot 1815 miljard euro, en nu nog maar 1440 miljard. Een verlies van 375 miljard. 375.000.000.000 euro, oftewel dertigduizend per pensioenspaarder. Weg, foetsie.
Het geld verdampte doordat aandelen en andere financiële producten waar de pensioenfondsen in beleggen, veel minder waard werden. Dat dit niet met koeienletters op de voorpagina’s heeft gestaan, komt doordat er nogal wat stappen zitten tussen de omvang van de pensioenpot en wat mensen uiteindelijk als pensioen krijgen. Maar in de kern is het wat het is: een groot deel van de spaarpot is verdampt. Niet voor het eerst trouwens, het gebeurde bij de financiële crisis van 2008 ook al.
De verliezen hebben alles te maken met de manier waarop pensioenfondsen het geld beleggen. Niet in maatschappelijk nuttige investeringen maar in hedgefondsen, derivaten en nog vagere financiële producten. En ja, ook in crypto’s. Soms levert dat veel financieel rendement op, soms verdampt het, maatschappelijk levert het in ieder geval niets op. Pensioenfondsen zitten bijvoorbeeld tot over hun oren in private-equityfondsen die bedrijven opkopen, leegplukken en er vervolgens weer vandoor gaan.
Dat was ooit anders. Het ABP, het algemeen burgerlijk pensioenfonds, werd in 1922 opgericht als fonds voor het financieren van publieke voorzieningen (via staatsobligaties) en betaalbare huisvesting. Het leverde een stabiel rendement op en zorgde ervoor dat de overheid relatief onafhankelijk was van de financiële sector. Nederland heeft er een groot deel van de volkshuisvesting aan te danken. Helaas verloor het systeem in de jaren tachtig van de vorige eeuw vertrouwen, door een combinatie van slecht beheer en een te grote invloed van de regering op de pensioenpremies. En zoals het dan wel vaker gaat, sloegen toen degenen die al veel langer aasden op privatisering ogenblikkelijk toe. In 1996 werd het ABP geprivatiseerd en veranderde het beleggingsbeleid. Met als gevolg dat pensioenfondsen nu vooral tussenhandelaren in onzekere speculatieve producten zijn.
De pensioenen zouden ook anders betaald kunnen worden
Vorige week bleek dat de Tweede Kamer meer tijd wil nemen om te beslissen over het veelbesproken pensioenvoorstel van het kabinet. Terecht. Want met dat voorstel wordt de hoogte van het pensioen veel directer afhankelijker van de rendementen. Tel uit je winst, met de huidige beleggingsverliezen. Je kunt er vergif op innemen dat als we afgelopen jaar dit systeem al gehad hadden, het verlies van 375 miljard tot grote volkswoede zou hebben geleid. Op dit moment doet de hoogte van de pensioenpot er minder toe: de pensioenuitkeringen zijn vooral afhankelijk van de rentestand. Dat is fijn nu de rente stijgt, maar was knap vervelend toen de rente ongeveer nul was.
Het is te hopen dat de toenemende twijfel over het kabinetsvoorstel en het recente vermogensverlies de opening biedt om écht na te gaan denken over wat we willen met het pensioen. Want een pensioenpot die dubieus belegd wordt, alle kanten op jojoot, de financiële industrie blij maakt en de economie ondergraaft, werkt niet. Niet in het huidige systeem, en niet in het systeem zoals het kabinet dat voorstelt.
Collega Dirk Bezemer pleitte er op deze plek al voor om het sparen-voor-pensioen helemaal af te schaffen en te vervangen door een omslagstelsel, vergelijkbaar met de systematiek van de AOW. Pensioenen worden dan rechtstreeks betaald uit belastingen en premies, beleggen hoeft niet meer. Een andere mogelijkheid zijn maatschappelijke pensioenfondsen die stabiel beleggen in relevante investeringen, zoals ooit het ABP begon. Aan maatschappelijke investeringsnoodzaak geen gebrek, dunkt me.